Sinds 1998 is Pastor Richard Schreurs bezig met het schrijven en publiceren van zijn preken op het Internet. Deze grote inspanning heeft ertoe geleid dat we nu een fantastische hoeveelheid van meer dan 650 preken online kunnen presenteren. U kunt deze preken vanzelfsprekend gebruiken als inspiratie voor uw eigen overwegingen. We stellen het echter erg op prijs als u dan ook uw bronnen wilt vermelden (www.lidwina.nl) zodat meer mensen het prekenarchief hier online komen bezoeken.

planten

[ vorige | lijst | volgende ]
 Auteur: Hans vd Laar

Zondag 22 november 2009. Christus, Koning van het heelal

Het is volop herfst. Het is nu tijd om de tuin winterklaar te maken. Het rottende blad mag weg geharkt worden. Struiken mogen worden gesnoeid. Natuurlijk kun je het blad weer gebruiken als mest, zodat de grond weer wat vruchtbaarder wordt. En we mogen ook bollen planten.
Zo’n bol….het is eigenlijk niet veel. Het lijkt nog het meest op een ui. Het is een soort knol met een schil er omheen. Je kunt je toch helemaal niet voorstellen dat daar een prachtige tulp of narcis uit gaat komen. Maar het is wel zo. Er moet wel gewerkt worden. Met een tuinschepje een plantgat maken en de bollen zeker 20-30 cm planten en dan… laat de natuur maar werken. Er gebeurt van alles in de grond en biologen weten het uitstekend te verklaren. Er ontkiemt het een en ander. De bol dient als voedsel voor de plant die gaat groeien. In maart of april komt er een bloem en je kunt je amper voorstellen dat het een met het ander te maken heeft.
De droom van de profeet Daniël heeft hier van alles mee te maken. Daniël ziet om zich heen dat de samenleving iets nieuws nodig heeft, want alles wat de mensen ervan gemaakt hebben is zo gekoppeld aan macht en heerschappij, dat het de liefde tussen mensen kapot heeft gemaakt. Hij ziet in een droom dat er iets nieuws gaat beginnen. Niet door een God heel hoog en ver weg die als een tovenaar even alles komt veranderen, maar door iemand die op een mensenzoon lijkt, zegt de lezing letterlijk. Het gaat om een nieuwe heerschappij, die er moet komen. Het is de heerschappij van God zelf, maar geen God die dat met geweld komt regelen, maar liefde is het toverwoord. Daarom is het koningschap van Jezus niet helemaal van deze wereld. In het evangelie dat prachtig aansluit bij de profeet Daniël, zegt Jezus dat hij wel degelijk koning is, maar geen vijf sterren koning of een machtige heerser met legers en onderdanen of dienaars die voor Hem vechten. Hij is een koning in de poëtische zin van het woord: een koning die werkelijk dienstbaar is aan zijn mensen, een koning die komt om te getuigen van het Licht en van de Waarheid en de waarheid is dat er gerechtigheid moet komen, dat alle mensen tot hun recht moeten komen, dat zwakkere en zieke mensen beschermd moeten worden, dat er geen tegenstellingen meer zijn tussen armen en rijk, hoog en laag. Dat is de waarheid die Jezus als een nieuwe koning wil komen brengen.
Dat gaat natuurlijk niet zomaar met een knip van de vingers. Het is een opdracht voor mensen die in Zijn waarheid willen staan. Het rijk van God is een opdracht voor elke mens die Jezus wil volgen, voor elke mens die zich christen wil noemen, voor elke mens die Gods liefde zichtbaar wil maken. Nee, God is geen magiër ergens boven op een wolk. Te lang al zien mensen hem als een of ander sprookjesfiguur. God is Liefde, gerechtigheid, vrede, heelheid, geluk en wij zijn Zijn evenbeeld als wij liefde gerechtigheid, vrede en heelheid en geluk uitdragen. Dat begint steeds opnieuw zoals het planten van een zaadje of een tulpenbol. Je stopt het diep in de grond en moet gaan groeien. Het moet bemest worden en verzorgd, maar als het wil lukken, groeit er een prachtige bloem. Ik wil graag met U allemaal blijven geloven in dat rijk van God, waar liefde heerst en vrede en waar mensen gelukkig worden door anderen gelukkig te maken. We zeggen niet dat het toch niet lukt, maar mogen blijven geloven en hopen en meedoen met Gods hulp die veel dichterbij is dan we ooit durven denken.

Johannes, 18, 33/37

Nu ging Pilatus het pretorium weer in. Hij liet Jezus bij zich komen en vroeg hem: ‘Bent u de koning van de Joden?’ 34 Jezus antwoordde: ‘Vraagt u dit uit uzelf of hebben anderen dit over mij gezegd?’ 35 ‘Ik ben toch geen Jood,’ antwoordde Pilatus. ‘Uw volk en uw hogepriesters hebben u aan mij uitgeleverd – wat hebt u gedaan?’ 36 Jezus antwoordde: ‘Mijn koningschap hoort niet bij deze wereld. Als mijn koningschap bij deze wereld hoorde, zouden mijn dienaren wel gevochten hebben om te voorkomen dat ik aan de Joden werd uitgeleverd. Maar mijn koninkrijk is niet van hier.’ 37 Pilatus zei: ‘U bent dus koning?’ ‘U zegt dat ik koning ben,’ zei Jezus. ‘Ik ben geboren en naar de wereld gekomen om van de waarheid te getuigen, en ieder die de waarheid is toegedaan, luistert naar wat ik zeg.