Printer : Druk deze pagina af op de standaard printer zonder menu en logo, in groter lettertype
logo, foto van de lidwinakerk, toont gebouw en toren logo : Van den Oetelaar Automatisering uit Best

audio stream
niet actief

Lidwina Best - Preek van de Week :: Pasen 2007

Sinds 1998 is Pastor Richard Schreurs bezig met het schrijven en publiceren van zijn preken op het Internet. Deze grote inspanning heeft ertoe geleid dat we nu een fantastische hoeveelheid van meer dan 650 preken online kunnen presenteren. U kunt deze preken vanzelfsprekend gebruiken als inspiratie voor uw eigen overwegingen. We stellen het echter erg op prijs als u dan ook uw bronnen wilt vermelden (www.lidwina.nl) zodat meer mensen het prekenarchief hier online komen bezoeken.

Pasen 2007

[ vorige | lijstIcon voor printen | volgende ]
 Auteur: Past. R.J. Schreurs

Zoals elk jaar wordt ook dit jaar de preek vervangen door het lijdensverhaal van Jezus Christus. In onze beide parochies(Lidwina en Antonius) houden we een intocht met "Palmpasens" die de kinderen die zich voorbereiden op de eerste H.Communie hebben gemaakt. De eerste lezing vervangen we door een uitleg over de symbolieken die op zo'n palmpasenstok te zien zijn en de tweede lezing( het lijdensverhaal volgens de Bijbeltekst) vervangen we door datzelfde verhaal uit de "Kijkbijbel voor kinderen". We presenteren de afbeeldingen met een beamer op de projectieschermen in beide kerken. Tekst en afbeeldingen hiervan vindt u in de bijlage.
Een goede Goede Week toegewenst.
Richard

 

 

 

Op weg naar het paasfeest

(eerst het plaatje, even bekijken en dan de tekst lezen)

Jezus is met zijn leerlingen op weg naar Jeruzalem.

Ze zijn er al bijna.

Hij roept twee van zijn leerlingen bij zich.

Hij zegt tegen hen:

'Gaan jullie maar vooruit.

Onderweg zul je

een ezel met haar veulen zien staan.

Breng die hier bij mij.

Als iemand vraagt: "Wat doen jullie daar?"

dan moet je zeggen:

"De Heer heeft ze nodig."

Straks brengen we de ezels weer terug.'

De twee leerlingen halen de ezels en brengen ze bij Jezus.

Ze leggen allemaal hun mantels op de rug van de ezel.

Jezus gaat erop zitten.

Zo rijdt hij naar Jeruzalem.

Veel mensen staan te kijken.

Jezus lijkt wel een koning!

Zij trekken hun mantels uit

en leggen die op de weg.

Ze plukken ook takken van de bomen.

Die leggen ze ook op de weg.

Jezus mag er overheen rijden.

Ze roepen en zingen:

'Groot is onze koning, de zoon van David!

Laat God hem zegenen.

God heeft hem naar ons toegestuurd.

Groot is onze God in de hemel!'

Zo rijdt Jezus de stad binnen.

De mensen komen uit hun huizen en vragen:

Wie is dat toch?'

'Dat is Jezus, de profeet, uit Nazareth!'

roepen de anderen.

'Je weet toch wel

wat de profeet Zacharia vroeger heeft geschreven:

"Let op, mensen van Jeruzalem,

Uw koning komt eraan.

Hij is heel gewoon en rijdt op een ezel." '

Jezus en zijn leerlingen

willen het paasfeest vieren.

De leerlingen

maken alles klaar voor het eten. Ze zetten ook

het brood en de wijn op tafel.

Dan wordt het avond

en gaan ze allemaal aan tafel.

 

Onder het eten zegt Jezus opeens:

 'Ik moet jullie iets zeggen.

 Eén van jullie zal mij verraden.'

Ze schrikken heel erg.

Een voor een vragen ze:

`Ik toch niet, Heer?'

Maar dan gaat er een van hen naar buiten, Judas.

Hij gaat tegen de hogepriesters zeggen

hoe zij Jezus gevangen kunnen nemen.

 

 

De anderen zitten nog te eten.

Jezus neemt het brood in zijn handen.

Hij dankt God voor het eten.

Hij breekt het brood in stukjes en deelt het uit.

Hij zegt: 'Neem dit brood en eet ervan.

Het is mijn lichaam.

Zo geef ik mijn leven aan jullie.'

Dan neemt hij de beker met wijn en dankt God.

Hij geeft de beker door aan zijn leerlingen.

Hij zegt: 'Neem deze beker en drink eruit.

Het is mijn bloed.

Zo geef ik mijn leven aan jullie.

Je zonden worden nu vergeven.

Je hoort helemaal bij God.'

Ze zingen psalmen en danken God.

Na het eten gaan ze naar buiten.

Ze gaan naar de tuin op de Olijfberg.

Als ze daar komen, wordt het al donker.

Jezus zegt:

'Blijf hier op mij wachten.

ik ga daar verderop bidden.'

 

Jezus gaat alleen verder, de tuin in. Hij knielt op de grond.

Hij bidt tot God:

'Mijn vader, help me.

Laat me geen pijn lijden.

laat me niet doodgaan.

Maar als u het toch wilt,

moet het gebeuren.'

 

Daar komt Judas aan

met een troep soldaten.

De hogepriesters en bijbelgeleerden hebben ze gestuurd.

Ze hebben fakkels bij zich

en dragen zwaarden en stokken.

Judas wijst Jezus aan.

De soldaten nemen hem gevangen.

 

Ze brengen Jezus

naar het huis van de hogepriester. Die vraagt hem:

'Bent u de Messias, de Zoon van God?'

'Ja dat ben ik.'

De hogepriester en de andere rechters zeggen:

'Hoor je dat? Hij beledigt God.

Hij verdient de doodstraf.'

 

Dan brengen ze Jezus naar het paleis van Pilatus, de Romeinse stadhouder.

De soldaten verkleden Jezus voor de grap, als koning.

Ze doen hem een rode mantel aan

en zetten een kroon van doorntakken op zijn hoofd.

Ze lachen hem uit.

Pilatus zegt: 'Kijk eens hoe hij er nu uitziet,

die koning van jullie!'

De mensen roepen: 'Hij moet gekruisigd worden.'

Dan zegt Pilatus tegen zijn soldaten:

'Kruisig hem maar.'

De soldaten brengen Jezus weg.

Ze gaan de stad uit naar de heuvel Golgota.

Hij moet zelf zijn kruis dragen.

Als ze er zijn, kruisigen ze Jezus.

Maria, zijn moeder en Johannes, een van zijn leerlingen, staan erbij.

Jezus zegt tegen Maria:

'Johannes is voortaan uw zoon.'

En tegen Johannes zegt hij:

'Maria is voortaan je moeder.'

Dan zegt Jezus:

'Ik heb gedaan wat God van me vroeg.'

Hij buigt zijn hoofd en sterft.

De vrienden van Jezus

halen zijn lichaam van het kruis af.

Ze doen linnen doeken om hem heen.

Zo hoorde dat

als iemand werd begraven.

Dan brengen ze hem naar een graf daar vlak in de buurt.

Het is een nieuwe grafkamer,

pas uitgehakt in een rots.

Zijn vrienden leggen Jezus daarin.

 

 

 

Ze rollen een zware ronde steen voor de ingang van de grafkamer.

Ze gaan bedroefd naar huis.

Het is sabbat geworden.

Joden mogen dan niet werken.

Daarom verzorgen ze het lichaam van Jezus nu niet verder.

Dan is de sabbat voorbij.

Vroeg in de morgen gaan een paar vrouwen naar het graf.

Ze willen het lichaam van Jezus verzorgen

met zalf en olie.

Maar de grafkamer staat open.

Jezus is er niet!

Wel zit er een jongeman, helemaal in het wit.

Die zegt tegen de vrouwen:

'Jezus is opgestaan uit de dood.

Hij leeft.

Zeg dat maar tegen zijn leerlingen.'

 

Powered by: Dreamsolution