Sinds 1998 is Pastor Richard Schreurs bezig met het schrijven en publiceren van zijn preken op het Internet. Deze grote inspanning heeft ertoe geleid dat we nu een fantastische hoeveelheid van meer dan 650 preken online kunnen presenteren. U kunt deze preken vanzelfsprekend gebruiken als inspiratie voor uw eigen overwegingen. We stellen het echter erg op prijs als u dan ook uw bronnen wilt vermelden (www.lidwina.nl) zodat meer mensen het prekenarchief hier online komen bezoeken.

goede herders gevraagd

[ vorige | lijst | volgende ]
 Auteur: Hans vd Laar

Zondag 29 april. Vierde zondag van Pasen.

Goede herders gevraagd


Het spant er in de politiek. Een politieke crisis in een tijd waarin ons land helemaal geen crisis kan gebruiken.
Nederland heeft veel meer behoefte aan saamhorigheid en verbondenheid en zeker niet aan zwarte pieten of aan zondebokken zoeken en al helemaal niet aan moddergooien.
Elke dag dat er niets wordt gedaan kost miljoenen en natuurlijk gaan de meest kwetsbaren in ons land dat het ergste voelen.
Daarom is het belangrijk dat er goede leiders opstaan: mensen die bruggen slaan tussen partijen; mensen die opkomen voor de groepen, die het meest te lijden hebben van de economische crisis.
Er moet bezuinigd worden en de leiders moeten gaan bepalen bij wie we dat geld moeten halen.
De gezondheidszorg is veel te duur, maar wie gaat bepalen wat wel en niet meer kan?
Daarom heeft Nederland behoefte aan goede leiders met een goed verstand en het hart op de juiste plaats.

Ze zouden zomaar mogen lijken op de goede herder, waarmee Jezus zichzelf vergelijkt in het evangelie.
Een goede herder, die zijn leven inzet voor zijn schapen.
Niet zomaar een huurling die bij de eerste de beste crisis wegloopt  en zijn schapen in de steek laat als er gevaar dreigt.
Jezus is een Goede Herder die zelfs Zijn leven geeft voor zijn kudde.
Dat zagen we in de Goede Week; de week van Jezus’ lijden en sterven.
Dat zien we steeds in het leven van Jezus.
Hij is er voor hen die lijden, die ziek zijn, kwetsbaar zijn, uitgestoten worden, vreemdeling zijn.
Hij is iemand die zijn schapen bij name kent.
En Jezus gaat nog verder.
Ook Zijn Vader, God zelf, is een als een Goede Herder en een Goede Herder is als een Vader.
Vader en Herder, het zijn allebei beelden die laten zien dat liefde, hartelijkheid, bezorgdheid en saamhorigheid van wezenlijk belang zijn. Natuurlijk moet een Goede Herder ook wel eens moeilijke beslissingen nemen, maar die zijn nooit gericht op eigen gewin of op het uitsluiten van mensen.

Zulke herders, zulke mensen hebben we nodig in ons land en in de politiek.
Zulke mensen hebben we ook broodnodig in onze kerk, in onze parochie, in onze geloofsgemeenschap.
Mensen met een open visie, waarin de liefde voor de boodschap van Jezus voorop staat en bij wie het hart klopt voor elke mens, met welke achtergrond ook.

Jezus bouwt op zulke mensen en natuurlijk mogen die mensen ook wel eens twijfelen en het allemaal niet zeker weten, zoals bijvoorbeeld Petrus, die al twijfelend en zoekend toch de eerste herder van de kudde wordt of zoals Thomas, die andere leerling van Jezus, die toch maar moeilijk kon geloven dat Jezus uit de doden was opgestaan, zoals alle leerlingen en volgelingen van Jezus, die zoekend en biddend, twijfelend en gelovend, een gemeenschap van mensen zijn, die geven om elkaar.

Zulke herders en leiders  mogen opstaan in ons land, want die smeden saamhorigheid, verbondenheid en vertrouwen.
Zulke herders doen de kudde groeien in aantal en kwaliteit, want het daagt uit om het net zo te doen.

Joh 10, 11-18

Ik ben de goede herder. Een goede herder geeft zijn leven voor de schapen.  Een huurling, iemand die geen herder is, en die niet de eigenaar van de schapen is, laat de schapen in de steek en slaat op de vlucht zodra hij een wolf ziet aankomen. De wolf valt de kudde aan en jaagt de schapen uiteen;  de man is een huurling en de schapen kunnen hem niets schelen.  Ik ben de goede herder. Ik ken mijn schapen en mijn schapen kennen mij,  zoals de Vader mij kent en ik de Vader ken. Ik geef mijn leven voor de schapen.  Maar ik heb ook nog andere schapen, die niet uit deze schaapskooi komen. Ook die moet ik hoeden, ook zij zullen naar mijn stem luisteren: dan zal er één kudde zijn, met één herder.  De Vader heeft mij lief omdat ik mijn leven geef, om het ook weer terug te nemen.  Niemand neemt mijn leven, ik geef het zelf. Ik ben vrij om het te geven en om het weer terug te nemen – dat is de opdracht die ik van mijn Vader heb gekregen.’