Printer : Druk deze pagina af op de standaard printer zonder menu en logo, in groter lettertype
logo, foto van de lidwinakerk, toont gebouw en toren logo : Van den Oetelaar Automatisering uit Best

audio stream
niet actief

Lidwina Best - Preek van de Week :: Pinksteren 2010

Sinds 1998 is Pastor Richard Schreurs bezig met het schrijven en publiceren van zijn preken op het Internet. Deze grote inspanning heeft ertoe geleid dat we nu een fantastische hoeveelheid van meer dan 650 preken online kunnen presenteren. U kunt deze preken vanzelfsprekend gebruiken als inspiratie voor uw eigen overwegingen. We stellen het echter erg op prijs als u dan ook uw bronnen wilt vermelden (www.lidwina.nl) zodat meer mensen het prekenarchief hier online komen bezoeken.

Pinksteren 2010

[ vorige | lijstIcon voor printen | volgende ]
 Auteur: Past. R.J. Schreurs

>Iemand die in een zware depressie geraakt is er erg aan toe: machteloos, moedeloos, ontredderd, tot weinig of niets meer in staat, soms in een zelfs levensbedreigende situatie. Hoe kom je daar in terecht? Dat kan zijn door een persoonlijke  ramp, een ziekte, de dood van een dierbare. Het kan zelfs door een veel te lange winter met aansluitend een koud en donker voorjaar, nog weer eens een millieuramp en een aswolk die je niet ziet maar die er wel is. Iedereen maakt wel iets van dat alles mee en het is van alle tijden.
Die eerste leerlingen van Jezus christus zaten na Jezus’  dood in een depressie. De verhalen over zijn verrijzenis en de toezeggingen bij de hemelvaart hadden hen daar niet uit kunnen halen. Hun leider, degene waar ze zich aan gehecht hadden was dood, vermoord zelfs. Ze hadden alleen elkaar nog met af en toe glimpje hoop uit een een ervaring die hun moest bemoedigen, maar genezen, nee: angst en hulpeloosheid overheersten. Daar kwam nog bij dat ze niet allemaal zo’n groot vertrouwen hadden in elkaars getuigenisen. Hoe zijn die leerlingen daar uit gekomen, want dat is wel gebeurd, zo vernemen we vandaag uit het Pinksterverhaal? Hun krachteloosheid is zelfs omgeslagen en daadkrachtig enthousiasme. Het zou voor ons een uitkomst zijn als we daar de vinger achter konden krijgen, want wij hebben zelfs in de kerkgemeenschap genoeg achter de rug om er een beetje, of nog meer dan dat, depressief van te worden.
Het schijnt ineens te zijn gebeurd. Ze stonden er niet alléén voor, want ze hadden elkaar als lotgenoten, dat wel. Ze rapen hun laatste beetje moed bij elkaar en plotseling zijn er een heleboel mensen die hen begrijpen, die hun taal verstaan. Waarschijnlijk omdat daar ook zoveel lotgenoten onder waren, mensen die de levensrichting waren kwijtgeraakt. We mogen veronrstellen wat we willen. In elk geval: Ze spraken elkaars taal, ze begrepen elkaars taal. Welke taal? Dat mag duidelijk zijn, de taal van openheid, eerlijkheid, bekommernis om recht en gerechtigheid, “Gods grote daden onder de mensen”. Dat kan toch alleen met mensen die nog wat over hebben van wijsheid, sterkte, goede raad, de vele gaven van de geest. Het lijkt er op dat zij die gaven zelfs totaal niet meer hadden. Dat daar toch ploseling van doordrongen zijn geraakt, het is wonderlijk, maar het kan en het gebeurde.
Wat kunnen wij daar van opsteken? We moeten dan kennelijk als geestverwanten en lotgenoten bij elkaar blijven, tenminste de hoop blijven koesteren en wellicht blijven vragen en bidden om die gaven van de geest. Psychologen en psychiaters kunnen ons die gaven niet bezorgen, misschien een beetje op gang helpen soms,maar het zijn en blijven gaven en die krijg je of krijg je niet. En dan nog, gaven dienen tot ontwikkeling te worden gebracht, zoals met muzikale gaven: als je er nooit iets mee doet sterven ze af.
Het is toch weer een stukje Blijde Boodschap: Hoe diep je ook in de put zit, voor gelovige lotgenoten is er hoop en kan het weer gebeuren dat we horen spreken in woorden die we verstaan, die ons nieuwe moed geven en dat wijzelf die woorden spreken. Met Pinksteren worden we niet opgeroepen om maar meteen op de barikaden te klimmen en te getuigen van Gods grote daden en ermee door de wereld te trekken. Het is gewoon een feestelijke vaststelling dat Gods Geest over ons kan en wil neerdalen.Laat Gods Geest maar weer eens neerdalen.Wat we ermee gaan doen volgt later. Zo zij het, amen.

Handelingen v.d.apostelen 2,1-11  Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak waren ze allen bij elkaar.  Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag, dat het huis waar ze zich bevonden geheel vulde.  Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en zich op ieder van hen neerzetten,  en allen werden vervuld van de heilige Geest en begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven.
In Jeruzalem woonden destijds vrome Joden, die afkomstig waren uit ieder volk op aarde. Toen het geluid weerklonk, dromden ze samen en ze raakten geheel in verwarring omdat ieder de apostelen en de andere leerlingen in zijn eigen taal hoorde spreken. Ze waren buiten zichzelf van verbazing en zeiden: ‘Het zijn toch allemaal Galileeërs die daar spreken?  Hoe kan het dan dat wij hen allemaal in onze eigen moedertaal horen?  Parten, Meden en Elamieten, inwoners van Mesopotamië, Judea en Kappadocië, mensen uit Pontus en Asia,  Frygië en Pamfylië, Egypte en de omgeving van Cyrene in Libië, en ook Joden uit Rome die zich hier gevestigd hebben,  Joden en proselieten, mensen uit Kreta en Arabië – wij allen horen hen in onze eigen taal spreken over Gods grote daden.’

 

Powered by: Dreamsolution